Ik ben zelf geen fan van de Olympische Winterspelen. De sport die mij het leukst lijkt is ijshockey. Het is een sport met veel actie. Daarom heb ik Willie Schut geinterviewd.

‘Ik ben Willie Schut. Ik ben voormalige profijshockeyer. Ik heb 8 jaar lang proffesioneel ijshockey gespeeld. Ik heb veel kampioenschappen gepakt. Ik heb best veel indivuele prijzen gepakt.’

‘Ik was een keer 10 of 11 toen ik met mijn moeder ging schaatsen. Toen ik op de schaatsbaan in Dordrecht ging ik schaatsen en toen kwam een man naar mijn moeder en vroeg haar of ik op ijshockey zit. Hij vond mij een goede schaatser. Ik ging ijshockeyen. Ik was wel benieuwd en na 2 weken was ik al verkocht.’

‘Ik speelde top van Nederland. Ik heb eredivisie gespeeld. Verder heb ik een tijdje in Noorwegen gespeeld. De top is relatief. Het is wel leuk. Je verdient ook niet heel veel vergeleken met voetbal. Het is te vergelijken met korfbal en waterpolo. De meeste Nederlandse jongens krijgen 1500 euro per maand. De jongens die bij de grotere clubs krijgen meer. Ik ben gestopt, omdat je niet heel veel meeverdiende terwijl er heel veel geëist wordt.’

‘Ik organiseer eigen ijshockeykampen voor de jeugd. Zodoende heeft Leiden contact met mij opgenomen. Ik wilde graag werken met de jeugd. Ik heb een jeugdplan opgezet en we zitten nu in de tweede jaar.’

‘Leiden is minder professioneel dan waar ik vroeger speelde, maar dat is niet erg. Dan kunnen we het nu gelijk goed doen. Hier helpen veel ouders, hier hebben ze geen eerste team. Ik zou wel ooit willen toewerken aan eerste team. Maar de inzet van de ouders is er zeker om de sport profesioneler te maken.’

‘IJshockey is in Nederland niet echt bekend, omdat mensen voetbal heel leuk vinden’

‘Mijn doel is om de mindset van de spelers te veranderen. Je moet knallen op het ijs. Je moet checken. Je moet hardwerken. Je moet er zijn voor je teamgenoten. Het moet een team worden die wedstrijden wint. Daardoor kunnen betere spelers naar Leiden komen, waardoor Leiden gaat groeien.’

‘Het is moeilijk te zeggen hoe de jeugd naar ijshockey kijkt. Je hebt ook veel sporters die alleen sporten omdat het moet. Hun ouders vinden dat ze moeten sporten, omdat ze anders te dik worden. De sporten geven niet alles voor de sport, omdat er niet veel geld mee kan verdienen. Ik was iemand die er alles voorgaf. Ik zat met mensen in de team die ook een baan hadden. Ik studeerde waardoor ik veel tijd had.’

‘Charme van de sport is dat het een hele harde sport is. Het is een hele snelle sport waardoor je als sportman heel veel dingen moet laten. Je moet wel een echte sportman zijn. Gezond eten, opletten dat je niet gaat stappen voor een wedstrijd. Vroeg naar je bed gaan. Je moet ook hardlopen en gefocused zijn.’

‘Ik denk dat Nederland nooit meer de Olympische Winterspelen gaat halen’

‘Wat ik het allermooist vind van ijshockey is dat het echte mannen zijn. Als ze getackeld worden, dan laten ze het niet zijn. Je wilt het je tegenstander niet laten weten. Je moet gewoon opstaan, lachen en doorgaan.’

IJshockey is in Nederland niet echt bekend, omdat mensen voetbal heel leuk vinden. Het is niet zo dat kinderen met schaatsen/ijshockey in aanraking komen. Jonge kinderen spelen als kind met een bal en schaatsen bijna nooit. In andere landen ,zoals Noorwegen en Canada waar 7 of 8 maanden per jaar ijs is. Daar komen de ijshockeyers vandaan. Ik denk dat Nederland een klein beetje kan groeien, maar ik denk niet dat het een topsport zal worden.’

‘Ik volg de Olympische Winterspelen. Ik kijk ijshockey en snowboarden. Ik vind Canada, Tsjechie goede landen. Ik kijk vooral de topwedstrijden. Ik heb geen voorkeur. Ik denk dat Nederland nooit meer de Olympische Winterspelen gaat halen, omdat er weinig opkomende talenten zijn. De vijver waaruit wij vissen is heel klein. Ik zou het heel leuk vinden om een keer naar de Olympische Winterspelen te gaan. Wie weet ooit.’